Home
Subjects
Textbook solutions
Create
Study sets, textbooks, questions
Log in
Sign up
Upgrade to remove ads
Only $35.99/year
Doelgroepen 2 hoofdstuk 5: Niet-begeleide minderjarige vluchteling
STUDY
Flashcards
Learn
Write
Spell
Test
PLAY
Match
Gravity
Ortho KdG 20/21
Terms in this set (32)
NBM
= Niet-Begleide Minderjarige vluchteling
= van toepassing op minderjarigen die niet uit Europa komen
asiel zoeker
= persoon die zijn land van herkomst heeft verlaten en bescherming vraagt door een aanvraag tot internationale bescherming in te dienen
vluchteling
= asielzoeker aan wie een land de status vluchteling heeft erkend en dus bescherming heeft toegekend
niet begeleid
= asiel zoeker is niet vergezeld wordt door zijn ouders of door een wettelijke voogd.
iemand die begeleid is door tante, nonkel, oudere zus,.. is wettelijk ook niet begeleid
minderjarig
= een persoon dat jonger is dan 18 jaar
motieven om te migreren
1. macrocontext = politieke instabiliteit, onveilig en socio-economische moeilijkheden. jongeren zijn soms direct (oorlog) of indirect (vermiste of gedode ouder) slachtoffer.
2. meso-context = verhalen die leen in de gemeenschappen en verhalen van mensensmokkelaars en leeftijdsgenoten
3. micro-context = familieleden of eigen beslissing vanuit bepaalde verwachtingen
doelstellingen migratiepact
1. verzamelen van data en info over migratie zodat er goed begeleid kan worden
2. terugdringen van de redenen die mensen ertoe brengen om te migreren
3. correcte en actuele informatieverstrekkingen zodat potentiële migranten een betere afweging kunnen maken
4. verbeteren van mogelijkheden voor legale migratie, duidelijkheid komen over toegestane migratie in landen waar tekorten op de arbeidsmarkt zijn
5. minder doden en gewonden door migratie, meer inspanningen om het lot van vermiste migranten te achterhalen
ondersteuning op verschillende levensdomeinen
1. verschillende opvangcentra, voorzieningen en diensten richten zich specifiek tot niet-begeleide minderjarigen, daarnaast kunnen ze ook terecht bij de niet-categoriale diensten terecht
2. hoe langer een kind geen substituut verzorger heeft, hoe ernstiger de beschadiging van het vertrouwen van het kind is. leeftijd = belangrijke rol, hoe jonger, hoe meer baat bij contextgerichte opvang.
3. vanuit pedagogisch standpunt: vanzelfsprekend om met NBM samen te zoeken naar de voorziening/dienst dat bij de hulpvraag aansluit.
DVZ
= dienst vreemdelingenzaken
- beheren de geïmmigreerde bevolking
- opdracht = beheer van toegang van vluchtelingen tot het grondgebied, verblijf en eventuele verwijderingsmaatregelen
- worden vaak ingezet voor begeleiding van een NBM wanneer de jongere wacht op antwoord op zijn asielaanvraag.
CGVS
= commisariaat generaal voor vluchtelingen en staatlozen
- opdracht: bescherming bieden aan vreemdelingen die in geval van terugkeer naar hun land van herkomst, risico op vervolging of ernstige schade oplopen
- erkennen vluchtelingen status of kent subsidiaire beschermingsstatus toe
- bij deze instantie moet NBM interviews of ondervragingen ondergaan bij een protection officier die nakijkt of het verhaal van de jongere klopt
- beschikken over volledige dossier van NBM
beschermingsstatus
= wordt toegekend na 1 jaar, als er onvoldoende redenen zijn om je te erkennen als vluchteling, maar krijg je omdat je omdat je reeël risico loopt op ernstige schade
vluchtelingenstatus
= kan je krijgen wanneer je het land van herkomst verlaten hebt om een rede die in de conventie van Genève is opgenomen
dienst voogdij
- valt onder bevoegdheid van FOD justitie
- NBM worden hier aangemeld door politie of DVZ
- voogd handelt met steun van de dienst voogdij en onder toezicht van de vrederechter, de meeste zijn vrijwilligers
-opdracht voogd: de menselijke, culturele en juridische middelen van het ouderlijk gezag aan wenden en bijdragen aan een duurzame oplossing overeenkomstig met de belangen van de minderjarige
duurzame oplossingen overeenkomstig met de belangen van de minderjarige
1. gezinshereniging in het land van herkomst
2. vrijwillige terugkeer
3. definitief verblijf in België
wanneer eindigt de voogdij bij een NBM dat via dienst voogdij is aangesteld
1. als de NBM 18 jaar wordt
2. als de NMB toevertrouwd wordt aan een persoon die het ouderlijk gezag of voogdij uitoefent
3. als de NBM overlijd, ontvoogd wordt, geadopteerd wordt of trouwt
4. als de NBM het grondgebied effectief heeft verlaten
Sets found in the same folder
Doelgroepen 2 hoofdstuk 1: personen met een visuel…
63 terms
Doelgroepen 2 hoofdstuk 2: personen met een auditi…
56 terms
Doelgroepen 2 hoofdstuk 3: meervoudige zintuiglijk…
26 terms
Doelgroepen 2 hoofdstuk 4: personen met dementie.
50 terms
Other sets by this creator
Deel 4: motivatie
25 terms
Deel 3: emoties
22 terms
Deel 2: Leerpsychologie
110 terms
Deel 1: Psychologie als wetenschap
47 terms