hello quizlet
Home
Subjects
Expert solutions
Create
Study sets, textbooks, questions
Log in
Sign up
Upgrade to remove ads
Only $35.99/year
Termen Geschiedenis van het Denken
Flashcards
Learn
Test
Match
Flashcards
Learn
Test
Match
Terms in this set (129)
filos
houden van
sofia
wijsheid
sofisten
retoriek (sterkste argument geven in politiek zorgt voor vertrouwen)
plato
gesprek (wil tot absolute waarheid is meer dan retoriek)
aristoteles
logica en wetenschap (voorwaarden voor gesprek en structuur in wereld)
Epicurus en de stoa
therapeutisch (goed leven leiden)
alle filosofen en filosofische punten gaan over
wijsheid
politieke filosofie
gelijkheid, vrijheid, rechtvaardigheid, macht, contract
ethische filosofie
goed, kwaad, plezier, deugd
scepticistische filosofie
kennis, twijfel, fundering, hallucinaties, subjectiviteit
wetenschapsfilosofie
inductie, context, falsificationisme, paradigma's
Goddelijke filosofie
godsbewijzen, probleem van het kwaad, wonderen, voorzichtigheid
filosofische methode van de negatieve kant
alles bevragen (kritiek = vicieuze cirkel)
filosofische methode van positieve kant
theorieën
filosofische methoden van de argumentatie
logica en stijl
hermeneutiek
hypothese door blijven testen
empirische interpretatie
meetwaarde volgens parameters
axiologische interpretatie (studie van waarden)
wat zijn de juiste parameters (wat is meetbaar)
goed bestuur volgens Plato
rechtvaardige bestuurders zorgen voor rechtvaardige samenleving (bestuur door filosofen)
wat is volgens Plato de ideale staat
rechtvaardige democratie, bestuurd door filosofen
case-studies
kern, opvatting, kritiek
kern
hoofdzaak, wat is er nu aan de hand en waarom
opvatting
hoe zie je dat terug, waarom
kritiek
wat is ertegenin te brengen
egalitaristen
verstand, hoe ze zelf behandeld willen worden
utilitaristen
wat voor de meeste mensen nut/geluk is is doorslaggevend
case-studie gelijkheid
gelijkheid staat op het spel, want er is positieve discriminatie om de nadelen te compenseren. Is een loting fair, of moet je ook kijken naar hart/motivatie/passie. Zijn mensen gelijk? moet dat? in welk opzicht (geld, inkomen, werk, politieke macht)
case-studie afspiegelingsdemocratie
democratie ((in)direct = kans hebben om deel te nemen aan het bestuur, belang van volk behartigen), Marx vindt het een illusie, leidt tot paradox (allemaal andere opvattingen die niet allemaal worden uitgevoerd)
case-studie burgerlijke ongehoorzaamheid
de ruimte om in opstand te komen zonder geweld tegen de wet als er onrecht is (wet breken voor grotere geheel), hoeveel ruimte heeft de democratie? is het ondemocratisch? hellend vlak naar wetteloosheid
rechtvaardigheid
sociaal welzijn/geluk, respect voor vrijheid, bevorderen van deugdzaam leven
consequentialisme
consequentie van de actie komt voort uit al je goede en slechte daden
Bentham over utilitarisme
maximaliseren van social-wellbeing (geluk voor meeste mensen kiezen)
Mill over utilitarisme
hoe zit het met plezier, geluk of pijn
trolley probleem (trein, wissel, mensen op het spoor)
schuld, invloed? - utilitarisme
analyse trolley probleem (utilitarisme)
je kiest A boven B, de daad zelf is niet moreel verkeerd, de bedoeling is zuiver ook al overziet ze de negatieve gevolgen, geen andere manier om dit resultaat te bereiken, slechte gevolgen zijn niet onevenredig tav het goede dat je bereikt
rechtvaardigheid volgens Plato
rechtvaardig bestuur, goede aan vrienden en nadeel aan vijand geven, psychische harmonie (rechtvaardigheid leidt tot een goed elven, onrechtvaardigheid leidt tot lijden)
kan je rechtvaardigheid leren
selectie juiste personen en jarenlange training
leidende klasse volgens Plato
filosofen, democratie (kunnen vrouwen leider zijn van de staat?)
kunnen vrouwen ook de staat leiden
vrouw is hetzelfde geboren met slechts graduele verschillen, maar vrouw en kind leven in commune zonder elkaar zodat ze de juiste opvoeding krijgen om filosoof te worden en alleen de beste met de beste hebben seks voor nageslacht
is Plato een feminist
deels, hij vindt wel dat vrouwen leider moeten kunnen zijn maar hij ziet ook dat vrouw en kind bezit zijn, hij geeft ze nadelen en plichten en ze krijgen geen rechten
moraal
leer van goed en kwaad
moreel
betrekking op moraal (gaat het over goed en kwaad), waarde/moreel goed (is het goed)
plichtsethiek
de intentie, wordt het met een goede intentie gedaan
christelijke plichtsethiek
de geboden in de Bijbel staat voor wat goed is, als je daar naar handelt handel je volgens de goede intentie
kritiek op christelijke plichtsethiek
wat wil God, dilemma van Eutyphro, vooronderstelt bestaan van God
kantiaanse plichtsethiek
de beweegredenen, maximes en verantwoordingen zorgen voor een goede intentie waarmee je de handeling doet, universaliseerbaarheid, doel en middelen
kritiek op de kantiaanse plichtsethiek
inhoudelijke leegte, botsende plichten, slechte daden dus ook universaliseren, geen rekening met consequenties, geen plaats voor emoties
consequentialisme
wat de te verwachte gevolgen zijn
utilitarisme
goed is wat in samenleving het grootste geluk oplevert
kritiek op utilitarisme
moeilijkheden bij afweging, Bentham (één soort) en Mill (hoger en lager geluk), reikwijdte van consequenties
negatief utilitarisme
goed is wat minste ongeluk oplevert
kritiek op negatief utilitarisme
moeilijkheden bij afwegen, vernietiging van alle levens
utalitarisme van de regel
algemene regels worden opgesteld om wat goed is het grootste geluk van de samenleving te laten zijn
kritiek op utilitarisme van de regel
botsing plicht en consequentie
deugdethiek
gedijen, deugd, geluk door rede, constant leren en een beter mensen, gulden middenweg
kritiek op deugdethiek
welke deugden, welke keuzes, is menselijke natuur zelfde als dierlijke
meta-ethiek
ethische systemen
naturalisme
ethiek volgt uit menselijke natuur
kritiek op naturalisme
naturalistische drogredenen, argument van open vraag, menselijke cultuur zelfde als dierlijke
moreel relativisme
niet voor iedereen zelfde ethische waarden want die zijn cultureel bepaald, historisch relatief of persoonsgebonden
cultureel relativisme
het idee dat bepaalde gebruiken in andere culturen niet als schendingen van mensenrechten worden ervaren
normatief relativisme
moreel fout is om zich te bemoeien met morele praktijken van culturele groepen die afwijkende normen van gedrag hanteren
kritiek op moreel relativisme
relativisme inconsequent, wat geldt als samenleving, geen morele kritiek op samenleving (mag niet)
emotivisme of non-cognitivisme
morele uitspraken zijn enkel emotionele uiting
kritiek
morele argumenten onmogelijk, gevaarlijke consequenties voor samenleving
wat is het nut van meta-ethiek
afweging maken tussen keuzes en deugden (analogie, keuzes maken en gesprek aangaan)
Epicurus
geluk door denken, praktische logica van deugden, pijn, God (niet (on)gelukkiger), dood, drietak (noodlot, toeval, dingen in onze macht), luxe
verlangens volgens Epicurus
ongegronde verlangens, natuurlijke noodzakelijke en natuurlijke niet-noodzakelijke verlangens
methoden van verificatie (scepticisme)
zintuigen, herinnering, intersubjectief, goddelijke ingeving, pragmatische overwegingen, politieke overwegingen
naïef realisme
ik ervaar dingen ik leer van anderen, ik ben onderdeel van de cultuur waarin dingen zijn geaccepteerd, deze manieren leren me hoe dingen zijn omdat ik weet hoe dingen kunnen zijn
problemen met naïef realisme
illusies, hallucinaties en dromen, geheugen
scepticisme
introduceer een methode van de wereld leren kennen, voorbeeld waarin we msileid kunnen worden, niet weten wanneer fout = niks leren = misleid kunnen worden, oplossing: vind betere methode beperk dingen die we kunnen kennen
twijfel en descartes
twijfel is niet weten of idee overeenstemt met waarvoor ze staat, ideeën (idee + twijfel bestaat door ik, ik bestaat, als ik gelooft in God bestaat God ook, als God bestaat zal hij me niet altijd misleiden)
kritiek op twijfel en descartes (idee)
we weten alleen dat er gedachten zijn, niet eenik
twijfel en representatie
we weten niet of idee overeenstemt met waarvoor ze staat, er zijn ideeën (idee is idee voor zover ik ze kan hebben, wat ik kan weten is (deels) afhankelijk van mij, primaire onafhankelijke eigenschappen en secundaire afhankelijke eigenschappen
kritiek op twijfel en representatie
verlies van wereld buiten ons
twijfel en idealisme
we weten niet of een idee overeenstemt met waarvoor ze staat, er zijn ideeën (voor zover ik ze kan hebben, idee is wat er werkelijk is, 'zijn is waargenomen worden'
kritiek op twijfel en idealisme
terugkeer eerdere sceptische problemen, coherentie van waarnemingen, solipsisme
twijfel en fenomenalisme
we weten niet of idee overeenstemt met waar ze voor staat, er zijn ideeën (idee is idee voor zover ik ze kan hebben, wat werkelijk is, wordt teruggebracht tot basis waarnemingen)
kritiek op twijfel en fenomenalisme
geen problemen met objecten, maar ook geen objecten, opnieuw solipsisme (en taalgebruik)
twijfel en causaal realisme
zintuiglijke functie = het bestaat dus ik zie het, wetenschap is relatief
scepticus over twijfel en causaal realisme
we hebben wetenschap nodig, maar moet niet te ver gaan
morele filosofie
studie van de mens
scepticisme
dogma brengt lijden, subjectivisme blijft
voorwaarde scepticus
cogito ergo sum, als je idee hebt kan je de ik onderzoeken
hoe kennen wij de wereld: empirie volgens hume
impressie intern (verlangen, vermoeidheid) extern (horen, geur) - idee, afgeleid van impressie: simpel (direct van impressie) en complex (verkeerd/anders gevormd)
relatie tussen ideeën
resemblance, contiguity, cause/effect
resemblance (gelijkenis)
gelijkenis A is zoals B, dus we kunnen tegelijkertijd over beide leren
contiguity
overeenkomst dmv tijd en plaats: A raakt B aan, A gebeurt op hetzelfde moment als B
cause/effect (oorzaak/gevolg)
causaliteit A veroorzaakt B, maar denk aan schijncausaliteit
causaliteit gaat over
feiten, feiten zijn contigent, causaliteit zou anders kunnen zijn = we zien alleen gebeurtenissen
matter of fact (karakterisering van feiten)
zowel wel als niet waar, dingen blijven hetzelfde
scepticisme bij matter of fact
uniformiteit van de natuur is een feit, feiten zijn contigent, zeggen dat dingen in het verleden uniform waren is curculair
causaliteit gered door scepticisme
causaliteit is niet in de wereld, het is in ons, terug van theoretische naar praktische
relatie tussen ideeën
volgt direct uit betekenis, noodzakelijk, linguistisch of kennis
volzinnen over feiten
ideeën op nieuwe manier samenbrengen, niet noodzakelijk, emprisch onderzoek
resultaten van wetenschappelijke onderwerpen
externe wereld is geen goed wetenschappelijk onderwerp - interne wereld is goed wetenschappelijk onderwerp - geest kennen is geest aanpassen - geest kennen is geest voor eigen bestwil beperken
wetenschappelijke revolutie
aristoteles, trap, deugdelijk = verstand gebruiken, humanisme en reformatie = wetenschap
inductie
als iets heel vaak gebeurt zal het in de toekomst ook gebeuren
deductie
premissen, is 100% zeker,
abductie
vals spel met inductieve redenatie
falsificatie
weerleggen, op zoek naar tegenvoorbeeld
Feyerabend over wetenschap
beschermen dat het geen monopolie wordt, het is een ideologie
hoe denken mensen altijd
vanuit frames/standpunten
against method
het is niet waar dat wetenschap op inductie functioneert, je moet de beste theorie nemen die op dat moment beschikbaar is, wetenschap geeft toe dat ze falsifieerbaar zijn
hoofdidee van feyerabend
doe wat je goed vindt
kritiek van Sokal en Bricmont over wetenschap
geen een methodologie blijft hetzelfde, maar niet anything goes, hoe je bij je ontdekking komt is prima, maar dat is niet altijd gerechtvaardigd
staat het wereldwaardesysteem boven geloofswaardesysteem
ja
god is
monotheïstisch, perfect (almachtig, alwetend, goed tijdloos), hij kan je vertellen wat goed-wat waar is-wat je mag geloven
God in brede zin
doelmatigheid/betekenis in wereld, garantie voor goede wereld, objectiviteit
hoe komen we achter zijn bestaan
wonderen, doelmatige schepping, betekenis van wereld
kritiek op bestaan van God
evolutie, ontwerpfouten
fine-tuning
mens kan bestaan omdat God wereld zo gemaakt heeft
rationalistische argumenten
eerste beweger (maar: spreekt zichzelf tegen, redelijk om naar een begin te vragen, waarom geen eeuwige keten, eerst goddelijke ding?)
ontologisch argument
we hebben het idee van God, God is perfect, bestaan is perfecter dan niet bestaan, als we denken aan God als niet bestaand, is er een perfecter denkbaar wezen, eigenschappen van God en bestaat, dus God is meest perfecte ding (Pascal)
probleem van het wkaad
God is goed, almachtig en alwetend, kwaad in wereld, dus god is één ding niet en dan kan het kloppen
oplossen van kwaad
verwerpen van bestaan van Klassieke God, verwerpen van bestaan van kwaad, kwaad alleen schijnbaar, heiligheid, vrije wil
Augustinus over lijden
tijdloze perfecte vormen en tijdelijke imperfecte vormen, lijden als je niet kwaad ontkent
scala naturae
wereld bestaat uit hogere en lagere dingen, god is hoogst, hel/niet levende natuur is laagst
macrokosmos
orde in de dingen in de wereld (regeren hoger over lager)
microkosmos
orde in mijn ziel (lichaam onderaan, daarboven lagere deel van ziel, bovenaan komt rede)
kwaad
het ondergaan en het doen van kwaad
wie is verantwoordelijk voor kwaad
de mens voor ondergaan en doen, God voor doen (straffen)
kan kwaad geleerd worden
nee
augustinus
lust leidt tot kwaad, iets dat verloren kan gaan zorgt voor angst en kwaad en pijn
tijdelijke wetten
normatieve kaders van toepassing op bepaalde situaties, democratie, autocratie
eeuwige wetten
normatieve kaders die altijd van toepassing zijn, bepalen wanneer en hoe tijdelijke wetten moeten worden toegepast
wat is er mis met het tijdelijke
mensen die kiezen voor het tijdloze zijn de mensen die gelukkig zijn, anderen worden gestraft - ze straffen zichzelf
is er echt vrije wil
zolang het niet door iemand/iets anders wordt bepaald, onze rede is hoger dan onze verlangens
Other sets by this creator
Bijbel en Klassieken belangrijke termen
124 terms
Fonologie vmedeklinkertermen
27 terms
Algemene termen/vragen Bijbel en Klassieken
29 terms
Bijbel en Klassieken: Claes
37 terms
Other Quizlet sets
ADN 210 Test 4 OB
99 terms
DPT 780 Lecture 5
48 terms
ap final
22 terms