hello quizlet
Home
Subjects
Expert solutions
Create
Study sets, textbooks, questions
Log in
Sign up
Upgrade to remove ads
Only $35.99/year
week 6: opsporing & vervolging
Flashcards
Learn
Test
Match
Flashcards
Learn
Test
Match
Terms in this set (82)
voorbereidend onderzoek
= onderzoek dat aan de behandeling vd terechtzitting voorafgaat: onderzoeken of er een strafbaar feit is gepleegd en of een verdachte kan worden gevonden
—-> bewijsmateriaal tegen verdachte verzamelen
—-> 'voorbereiding':
1. OvJ kan beslissen of verdachte (als gevonden) voor rechter zal worden gedagvaard
2. verzamelen van materiaal —> rechter kan hierdoor vragen van art. 350 Sv beantwoorden
seponeren
afzien van verdere rechtsvervolging; verzamelde materiaal geeft te weinig aanleiding
verkennend onderzoek (type voorbereidend onderzoek)
vooral om beeld te krijgen ve bepaalde sector waarvan vermoed wordt dat er georganiseerde criminaliteit plaatsvindt: verzamelen (personen)gegevens en analyseren daarvan
---> nauwelijkss bevoegdheden hiervoor
opsporingsonderzoek (type voorbereidend onderzoek)
onderzoek n.a.v. redelijk vermoeden dat een strafbaar feit is begaan onder verantwoordelijkheid ve OvJ
---> door opsporingsambtenaren
---> opsporingsbevoegdheden toegepast
---> rechter-commissaris: kan zelf bepaalde onderzoekshandelingen verrichten; zijn toestemming voor ingrijpende onderzoeksactiviteiten is noodzakelijk (doel: minder partijdige en meer onafhankelijke instantie dan OM bij zaak betrekken)
rechter-commissaris
rechter die slechts onderzoek doet tijdens het voorbereidend onderzoek
proactief onderzoek
opsporingsonderzoek op het moment waarop nog geen verdenking bestaat
---> bv. bij georganiseerde criminaliteit
bijzondere opsporingsbevoegdheden
kunnen al in de fase voorafgaande aan de verdenking worden toegepast
controlebevoegdheden
bijzondere bevoegdheden om controles uit te voeren (niet alleen bij verdenking idzv art. 27 Sv)
controle
toezicht op de naleving ve wet
---> er wordt onderzoek gedaan
---> GEEN gericht onderzoek naar bepaalde persoon; gecontroleerde persoon ≠ verdachte idzv art. 27 Sv
---> kan tijdens controle verdenking ontstaan
---> medewerking = verplicht!
opsporingsbevoegdheid
bevoegdheid die op verdachte wordt toegepast
voortgezette toepassing van bevoegdheden
controle gaat probleemloos over in opsporing obv andere wet
détournement de pouvoir
= misbruik van bevoegdheid: controlebevoegdheden worden uitsluitend gebruikt voor een ander doel dan waarvoor ze zijn toegekend
aangifte
verklaring vh slachtoffer of een andere persoon waarin deze meldt dat een strafbaar feit heeft plaatsgevonden (mondeling, digitaal of schriftelijk)
---> vaak voldoende info bekend om tot onderzoek over te gaan
---> kan door iedereen
---> kan door iedereen
algemene opsporingsambtenaren
limitatief opgesomd in art. 141 Sv: OvJ, bepaalde politieambtenaren, bepaalde leden vd Koninklijke marechaussee, opsporingsambtenaren van bijzondere opsporingsdiensten
---> opsporing van alle strafbare feiten
buitengewone opsporingsambtenaren
opgesomd in art. 142 Sv: opsporing van bepaalde strafbare feiten, vastgesteld door autoriteit die opsporingstaak toebedeelt
---> opsporing van strafbare feiten uit een of enkele bijzondere wetten
---> bv. ambtenaren vd gemeentelijke handhaving, milieuambtenaren, hoofdconducteurs vd NS
Officier van Justitie
verantwoordelijk voor alle opsporingsactiviteiten; zelf belast met opsporing
---> kan als enige vorderingen doen bij rechter-commissaris
Openbaar Ministerie
gezag over opsporingsonderzoek
---> politie houdt zich bezig met opsporen van strafbare feiten onder gezag van OM, MAAR politie heeft ook grote mate van zelfstandigheid bij het opsporen en onderzoeken van strafbare feiten
fouillering
o.g.v. art. 56 Sv; in geval van Opiumdelicten o.g.v. art. 9 lid 2 OW; in geval van verboden wapenbezit o.g.v. art. 52 lid 2 WWM
staandehouding
minst ingrijpende vrijheidsbeperkende dwangmiddel
---> enige doel: identiteit vd verdachte achterhalen
---> verdachte aanspreken of vragen stil te blijven staan --> verdachte weigert (mag) --> gepast geweld is toegestaan
---> verdachte kan o.b.v. zwijgrecht straffeloos weigeren zn persoonsgegeven mede te delen
---> art. 55b Sv: bevoegdheid ook te fouilleren
---> bevoegdheid tot vorderen dat een legitimatiebewijs wordt getoond: alleen als het redelijkerwijs noodzakelijk is voor uitoefening vd taak vd politie
aanhouding
= arresteren = vorm vrijheidsberoving
---> doel: verdachte overbrengen naar plaats (bv. politiebureau) waar hij zal worden voorgeleid aan (h)OvJ die hem zal verhoren
ontdekking op heterdaad (art. 128 Sv)
strafbare feit wordt ontdekt, terwijl het begaan wordt of terstond nadat het begaan is
---> ontdekking van feit, NIET betrapping vd dader
---> art. 53 Sv: iedereen is bevoegd verdachte aan te houden + door burger aangehouden verdachte moet zsm overgedragen aan opsporingsambtenaar
ontdekking buiten het geval van heterdaad
opsporingsambtenaar mag iemand aanhouden, als:
1. sprake van verdachte idzv art. 27 Sv
2. verdachte is verdacht van strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten (te zien in art. 67 lid 1 & 2 Sv); strafbare feiten waarop gevangenisstraf van 4 jaar of meer gesteld is
3. aanhouding is verricht door bevoegde persoon
---> (h)OvJ moet bevel tot aanhouding hebben gegeven; als bevel niet kan worden afgewacht, mag aanhouden zonder bevel
voorlopige hechtenis toegestaan
maximumgevangenisstraf ve strafbaar feit = min. 4 jaar
ophouden voor onderzoek (art. 56a Sv)
= dwangmiddel
---> max. ophouden voor 9 uur als verdachte verdacht van strafbaar feit waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten
---> max. 6 uur als verdachte verdacht van ander strafbaar feit
---> 00.00-9.00 telt niet mee
---> verlenging = max. 6 uur: alleen bij verdenking van feit waarvoor geen v.h. is toegelaten
inverzekeringstelling (art. 57 Sv)
= 2e vrijheidsbenemende dwangmiddel (na ophouding voor onderzoek): kan (als 'verlenging') bij verdenking waarvoor v.h. is toegelaten
---> kan 'slechts in belang vh onderzoek'!
---> geval waarin v.h. is toegelaten
---> (h)OvJ beslist of IVS noodzakelijk is
---> meestal in politiebureau
---> max. 3 dagen, verlenging max. 3 dagen bij dringende noodzakelijkheid
voorlopige hechtenis
= langere vrijheidsbeneming (na IVS): bewaring, gevangenhouding en gevangenneming (art. 133 Sv)
---> OvJ moet bij rechter-commissaris vorderen dat de bewaring deze de bewaring beveelt
---> 4 voorwaarden:
1. geval waarin v.h. toegelaten
2. ernstige bezwaren tegen verdachte
3. er is een grond voor v.h.: bijzondere reden arm in dit geval v.h. daadwerkelijk zou moeten worden toegepast
4. periode vrijheidsbeneming niet > vrijheidsbenemende sanctie vd rechter naar verwachting
voorarrest
inverzekeringstelling + voorlopige hechtenis
collusiegevaar
gevaar dat de verdachte bij invrijheidstelling bv. sporen zal uitwissen/getuigen zal beïnvloeden
gevangenhouding (v.h.)
raadkamer van Rb. beslist: nog steeds voldoende gronden? om verdachte van zn vrijheid beroofd te houden
pro-formazitting
= meestal 1e zitting bij grotere zaken: OvJ kan verdachte voorlopig dagvaarden als hij nog niet voorbereid is op de zaak na de laatste verlenging (van gevangenhouding)
---> zaak wordt nog niet inhoudelijk behandeld
---> OvJ vraagt direct na voordragen vd zaak schorsing vh onderzoek ter terechtzitting
schorsing
tenuitvoerlegging wordt tijdelijk onderbroken onder bepaalde voorwaarden; voorwaarden vrij voor rechter te bepalen
opheffing
v.h. eindigt en verdachte wordt (onvoorwaardelijk) op vrije voeten gesteld
inbeslagneming (art. 94 Sv)
bij voorwerpen die kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen of wederrechtelijk verkregen voordeel aan te tonen of om voorwerpen waarvan verbeurdverklaring of ontdekking aan het verkeer kan worden bevolen
---> mogen opsporingsambtenaren bij sprake van ontdekking op heterdaad of verdenking ve strafbaar feit idzv art. 67 lid 1 Sv
---> NIET vereist dat er een verdachte is; verdenking is voldoende (idzv art. 67 lid 1 & 2 Sv)
steunbevoegdheid
bevoegdheid die bedoeld is om de uitoefening ve andere bevoegdheid mogelijk te maken
betreden van plaatsen
= steunbevoegdheid:
- betreden van plaatsen ter aanhouding (art. 55 Sv): burgers (bij heterdaad, geen woningen) en opsporingsambtenaren
- betreden van plaatsen ter inbeslagneming (art. 96 Sv): opsporingsambtenaren, ontdekking op heterdaad, verdenking ve misdrijf idzv art. 67 lid 1 Sv
- schouw: plaats bezoeken om slechts rond te kijken/situ ter plaatse op te nemen; (h)OvJ, rechter-commissaris, Rb.
---> woning betreden: burgers mogen dit nooit!; opsporingsambtenaren moeten voldoen aan Algemene wet op het binnentreden (geen toestemming bewoner --> schriftelijke machtiging OvJ)
doorzoeking van plaatsen
= steunbevoegdheid: alle plaatsen waar de verdachte zich mogelijk zou kunne ophouden of waar een in beslag te nemen voorwerp zich zou kunnen bevinden, mogen worden onderzocht
- doorzoeking ter aanhouding (art. 55a Sv): bij ontdekking van strafbaar feit op heterdaad of verdenking van misdrijf idzv art. 67 lid 1 Sv; OvJ moet opsporingsambtenaar machtigen (behalve bij 'dringende noodzakelijkheid'; OvJ op de hoogte gebracht)
- doorzoeking ter inbeslagneming (art. 96b, 96c, 97 Sv): 'gewone plaatsen' alleen door (h)OvJ; woningen slechts door rechter-commissaris (Awbi); gewone opsporingsambtenaren allen bij doorzoeking ve vervoermiddel
situatie 'bevriezen'
maatregelen treffen om te voorkomen dat het voorwerp waar een vermoeden naar is, wordt weggehaald
---> bevoegdheid opsporingsambtenaar (art. 96 lid 2 Sv)
onderzoek aan de kleding
= fouillering
---> doel = vaak bepaalde voorwerpen in beslag te nemen --> steunbevoegdheid ter inbeslagneming
1. opsporingsfouillering (art. 56 Sv): ná aanhouding; verdachte, ernstige bezwaren, in belang van onderzoek (materiaal verkrijgen dat meer informatie kan geven over het strafbare feit waarvan fe aangehouden persoon wordt verdacht)
2. identificatiefouillering (art. 55b Sv): verdachte weigert naam te zeggen bij staande houden/aanhouden --> fouillering met het oog op vaststelling van zijn identiteit
---> ernstige bezwaren tegen verdachte NIET vereist
veiligheidsfouillering
politieagent die bedreigd wordt, mag een onderzoek uitvoeren aan de kleding en voorwerpen die de desbetreffende persoon bij zich heeft
---> persoon als verdachte NIET vereist
---> dezelfde voorwaarden als fouillering: aangehouden verdachte (?); ernstige bezwaren; in belang van onderzoek
onderzoek aan en in het lichaam (art. 56 Sv)
tasten iemands recht op lichamelijke integriteit (art. 11 GW) aan --> alleen (h)OvJ bevoegd tot bevelen van onderzoek aan het lichaam
onderzoek aan het lichaam
uitwendig schouwen vd openingen en holten vh bovenlichaam en oppervlakkig bekijken vh hele lichaam
onderzoek in het lichaam
zie art. 56 lid 2 Sv
vervolgingsbeslissing
beslissing vd OvJ om de zaak voor te leggen aan een rechter
---> expliciete wettelijke basis in art. 167 lid 1 Sv
vervolging
op 2 manieren aanvangen:
1. OM betrekt (onderzoeks)rechter bij strafzaak, die zelf n beslissing neemt
2. tegen een verdachte wordt een strafbeschikking uitgevaardigd
---> wordt alleen vervolgd als het algemeen belang dit vordert (art. 167 lid 2 Sv)
---> rechtstreeks belanghebbende kan schriftelijk beklag doen over het niet-vervolgen/strafbeschikking (art. 12 Sv)
dagvaarding
een aan een verdachte verzonden oproeping om op een bepaalde datum en tijdstip te verschijnen voor de zittingsrechter
---> ook tenlastelegging: waarvoor de verdachte precies terecht moet staan
Openbaar Ministerie (OM)
overheidsorgaan dat is belast met de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde en andere bij wet vastgestelde taken (art. 124 Wet op de rechterlijke organisatie)
—-> vervolgen van strafbare feiten
—-> in rechtbank vertegenwoordigd door OvJ
—-> bij gerecht is afdeling vh OM het 'parket'
—-> als enige bevoegd voor vervolging dmv dagvaarding
parket
gebouw waarin het OM in een arrondissement of resort zetelt = thuisbasis van de OvJ's en hun ondersteunend personeel
—-> van hieruit worden dagvaardingen verzonden
Officier van Justitie
bepaalt niet alleen of, maar ook waarvoor de verdachte vervolgd wordt
ne-bis-in-idembeginsel
verdachte mag niet 2x voor hetzelfde feit worden vervolgd
verjaringstermijn
periode waarna iemand niet meer vervolgd kan worden in een strafzaak
staande houden
art. 52 Sv
aanhouden heterdaad
art. 53 Sv jo. 128 Sv
aanhouden buiten heterdaad
art. 54 Sv
ophouden voor onderzoek
art. 56a en 56b Sv
inverzekeringstelling (en voorgeleiding RC toetsing IVS)
art. 57, 58 en 59a Sv
bewaring
art. 63 en 64 Sv
gevangenhouding (en gevangenneming)
art. 65 en 66 Sv
inbeslagname (zelfstandige bevoegdheid)
art. 94 jo. 96 Sv
inbeslagname (onzelfstandige bevoegdheid)
art. 94 jo. 95 Sv
betreden ter aanhouding
art. 55 Sv
betreden ter inbeslagname
art. 96 Sv
doorzoeken ter aanhouding
art. 55a Sv
doorzoeken ter inbeslagname
art. 96b Sv
doorzoeken ter inbeslagname
art. 96c Sv
doorzoeken ter inbeslagname
art. 97 Sv
opsporingsfouillering
art. 56 of 195 Sv
identificatiefouillering
art. 55b Sv
veiligheidsfouillering = controle bevoegdheid
art. 7 Pw
kantonrechter
behandelt overtredingen
politierechter
behandelt relatief lichte feiten waarvoor de OvJ van plan is niet > 1 jaar gevangenisstraf te vragen
meervoudige kamer
3 rechters die zwaardere zaken behandelen
strafrechtelijke procedure
- vooronderzoek
- dagvaarding
- zitting
- uitspraak
vooronderzoek
onderzoek naar het gepleegde feit en de verdachte
---> o.a. opsporingsonderzoek
ernstige bezwaren
grote mate van waarschijnlijkheid dat een verdachte een strafbaar feit heeft begaan; het is bijna zeker dat de verdachte het sf heeft gepleegd
opportuniteitsbeginsel (art. 167)
een OvJ mag in alle gevallen o.b.v. beleidsmatige overwegingen de opportuniteit (= wenselijkheid) ve vervolging beoordelen
vervolgingsbeletselen
OvJ heeft geen recht meer om te vervolgen --> begrenst het opportuniteitsbeginsel (meeste in Sr):
1. rechtsmacht (art. 2-8d Sr); territorialiteitsbeginsel
2. leeftijd (art. 486 Sv)
3. verjaring vh vervolgingsrecht (art. 70 Sr)
4. overlijden vd verdachte (art. 69 Sr)
5. klacht (art. 164 Sv)
6. immuniteit van overheidsorganen (art. 51 Sr)
7. ne-bis-in-idembesginsel (art. 68 Sr)
8. beginselen van behoorlijke procesorde (m.n. gelijkheids- & vertrouwensbeginsel)
strafvordering
vervolging
beginselen van goede/behoorlijke procesorde
1. gelijkheidsbeginsel
2. vertrouwensbeginsel
3. verbod op willekeur = beginsel van redelijke & billijke belangenafweging
4. beginsel van zuiver oogmerk
transactie (art. 74 Sr)
OvJ zal niet vervolgen, wanneer de verdachte voldoet aan de door hem gestelde voorwaarden
---> persoon = verdachte ve overtreding of misdrijf met < 6 jaar + haalbare zaak
beslissingen omtrent de vervolging
1. sepot (technische en beleids)
2. transactie (art. 74 Sr)
3. strafbeschikking art. 257a Sv)
transparantie (art. 152 Sv)
alles wat relevant is moet in de zaak opgeschreven worden in een proces-verbaal
arrest Checkpoint-II
schending beginselen van behoorlijke procesorde? (mn vertrouwensbeginsel)
---> Hof: na 15 jaar pas vervolgen = schending beginsel van redelijke & billijke belangenafweging
---> HR: OM mag gwn vervolgen
---> Hof Amsterdam: beginselen geschonden
---> HR: niet-vervolgen levert niet op dat gerechtvaardigd vertrouwen ontstond (dat verdachte toch niet wordt vervolgd) --> Hof Den Bosch: geen straf (art. 9a Sr), maar wel veroordeeld voor handelingen onder toezien vd overheid
Sets found in the same folder
week 1: introductie vh strafrecht & legaliteitsbeg…
20 terms
week 2: voorwaarden voor strafbaarheid, wederrecht…
23 terms
week 3: opzet en schuld
25 terms
week 4: strafuitsluitingsgronden en poging, voorbe…
21 terms
Other sets by this creator
week 1: de awb; bestuursorganen
7 terms
week 5: aansprakelijkheidsrecht deel 2
9 terms
week 3: contractenrecht deel 3
13 terms
week 2: contractenrecht deel 2
11 terms